We hebben Winnipeg definitief achter ons gelaten. Voor ons liggen de “big plains van Manitoba en Saskatchewan” . Dit was tot eind 19de eeuw nog indianenland waar miljoenen bizons graasden. De indianen zijn nu Canadezen geworden en de enkele overgebleven bizons leven in beschermde nationale parken (we hebben maar één imposante bull te zien gekregen). De big plains zijn ondertussen grotendeels vervangen door honderdduizenden hectares uitgestrekt graanland en weideland (als hooiland maar ook als graasvlakte voor de talrijke runderen). Enorme graansilo’s staan her en der gegroepeerd in het landschap. We vragen ons wel af wie ze vult en wie dit land bewerkt want boerderijen zijn er amper te bespeuren. Onze enige reisgezellen op deze eindeloos lange weg (1400km) zijn de monstertrucks op 30 wielen en de honderd vliegen op de voorruit. Het weer draait hier alle kanten op van zonnig naar bewolkt tot regen en terug (we hebben zelfs al sneeuw gehad). Toch kiezen we voor kamperen als de vooruitzichten aanvaardbaar zijn. De aanschaf van een gezellig stoofke (op gas) blijkt tot nu toe onze beste investering. In onze grote tent is het leuk kamperen (ze moet natuurlijk wel droog zijn vooraleer we ze kunnen opvouwen en dat is niet altijd even evident). Wanneer de regen op het tentzeil rikketikt bakken wij gewoon dikke pannenkoeken met echte Canadese Maple siroop. Vandaag hebben we ons voor de eerste keer laten verrassen door het verschil in de tijdszones. We bevinden ons in de “mountain time zone” (de derde zone van de vijf die we passeren) dat betekent 8 uur vroeger dan de Belgische tijd.

Vanaf nu rijden we niet langer westwaarts maar noordwaarts, Alaska here we come. We zitten nu midden in de Rockies. Dit is berenland!! en dat hebben we geweten. Het eerste exemplaar is al voor onze lens gepasseerd. 

Vandaag staat de “Icefield Parkway” (de rit van Lake Louise naar Jasper) op het programma. De verwachtingen worden méér dan ingelost, FAN-TAS-TISCH ! Een 240km, één stuk overweldigend natuurschoon met bergen, gletsjers, meren, beren , herten, spierwitte berggeiten, langhoorn schapen, marmotten, …). Soms reden we door de wolken, dan scheen de zon en zo nu en dan sneeuwde het: 4 seizoenen in een notendop. Met als enige teken van beschaving, de weg waarop we rijden.